Schepnet

Schepnet

‘Ik vind dat een mooi beeld’, zeg ik tegen mijn collega, en wijs op het schepnet wat in een emmertje, met wat eenvoudig kindervisgerei bij de ingang van het museum staat. Mijn collega begrijpt gelijk waarom ik het mooi vind. Het was haar ook al opgevallen. Het kleine stilleven bij de deur verbeeldt precies wat voor museum we zijn en wat voor bezoekers er komen. In dit geval is het een jonge bezoeker, die even daarvoor waarschijnlijk nog op de steiger bij de reddingboot aan het ‘krabbentokken’ (krabben vissen) was en nu door het museum loopt. Het is mooi om te zien dat kinderen in deze tijd nog zoveel plezier beleven met zoiets eenvoudigs als het vangen en bestuderen van visjes en krabben. Wie zegt dat kinderen niet meer los van hun beeldscherm kunnen komen, zou eens een rondje hier langs de haven moeten doen in het hoogseizoen. Overal op de steigers staan kinderen in spanning te wachten op wat er uit de haven tevoorschijn komt. Na het bestuderen van de vangst kiest deze weer het ruime sop. Het is ook iets wat bij onze cultuur hoort en daarom past dat visnetje ook zo goed in het museum. Kleine vissers leren bij ons alles over ontdekkingsreiziger Willem Barentsz, stoere zee- en walvisvaarders en redders uit lang vervlogen tijden. Ook die zijn vast eens begonnen met een hengeltje en een visnetje.

We doen ons best een laagdrempelig museum te zijn, waar je zo even aan kan waaien. Bijvoorbeeld tussen het vissen door. Wat hebben we dat gemist in de coronatijd toen iedereen reserveren moest en op tijd moest komen omdat we anders in de problemen kwamen met het volgende tijdslot. Want als je zo lekker buiten zonder schermpjes bezig bent, vergeet je snel de tijd en dat is nou juist zo fijn van vakantie.

Ook mensen die lekker gewandeld hebben met de hond en ontdekken dat er een museum is en graag even spontaan naar binnen willen zijn altijd van harte welkom. Kom lekker binnen en laat je viervoeter ook aan de geschiedenis van het eiland snuffelen. Er staat zelfs een waterbak voor de hond klaar. In welk museum vind je dat?

Na een tijdje komt de eigenaar van het schepnet zich melden bij de balie. Hij heeft de ijsberenspeurtocht gedaan, heeft op één na alle ijsbeertjes gevonden en dat verdient een prijsje. Hij aarzelt niet en gaat gelijk voor een kompas. ‘Nou weet ik altijd waar het Noorden is!... Ik loop nu richting het Noorden!’ ‘Doe je de groeten aan Willem Barentsz als je in het poolgebied komt?’ Met een blije grijns pakt hij zijn vissersgerei en zwaait nog even bij de deur. Op naar nieuwe avonturen.

Een paar dagen later, als ik terugkom van een tochtje op de oude reddingboot Brandaris, zie ik ook daar op de steiger verschillende kinderen die druk aan het vissen zijn. Twee jongens staan er met een hengeltje, een emmertje, een schepnet en een bakje met aas voor de krabben; waarschijnlijk stukjes spek. Ik kijk een tijdje geamuseerd toe. Dan duikt een grote meeuw naar beneden en grijpt het bakje met krabbenvoer. De twee ventjes sprinten richting meeuw, maar tegen een vliegende vogel doe je weinig. Gelukkig laat de meeuw zijn buit vallen en met het schepnet wordt er gered wat er te redden valt. Prachtig, dit ouderwetse vakantievermaak. De krachtterm die de ene jongen naar de meeuw riep was overigens een stuk moderner. Ik ga hem hier maar niet herhalen…

Tekst en foto: Nienke Meijvogel-Blom