De tsaar en de Terschellinger

De tsaar en de Terschellinger

Het was in het jaar 1702 dat tsaar Peter de Grote vond dat Rusland niet groot genoeg was. Hij liet zijn oog vallen op een stuk grond nabij de Oostzee, aan de rivier de Newa. Grond van de Zweden, die, al was het een moerassig gebied waar niets was behalve berkenbomen, toch echt van mening waren dat de Russen er niets te zoeken hadden. Het ontaarde in een korte oorlog, waarbij de Zweden hun grond kwijtraakten. Tsaar Peter had grootse plannen. Daar aan Oostzee, moest een prachtige havenstad verrijzen, waarheen talloze schepen zouden varen en de handel met Europa volledig tot bloei zou kunnen komen: Sint-Petersburg. De stad bouwen op de zompige veengrond was één ding, Europese schepen naar deze volledig onbekende haven lokken was een tweede. Daarom beloofde de tsaar 500 dukaten aan de schipper die als eerste de haven binnen zou varen.

De Terschellinger Jan Hillebrandsz kende de Oostzee en de havens aldaar op zijn duimpje, maar van Sint-Petersburg had hij nog nooit gehoord. Maar toen de reder waar hij met zijn galjoot voor voer hem attendeerde op de beloning die op de eerste schipper die de haven binnen zou varen lag te wachten, twijfelde hij geen moment en voer richting Sint-Petersburg. In de buurt van de haven zou hem een loodsbootje tegemoet zijn gekomen, met als loods niemand minder dan tsaar Peter de Grote zelf. De tsaar was erg geïnteresseerd in de scheepvaart en had enkele jaren daarvoor ook Nederland bezocht waar hij meer geleerd had over scheepvaart en scheepsbouw.
Hillebrandsz ontving zijn beloning en zou de rest van zijn leven geen tol hoeven te betalen in de havenstad, maar moest bij thuiskomst echter 190 dukaten afstaan aan zijn reders.

Met zulke oude gebeurtenissen is de grens tussen feit en fabel altijd moeilijk te bepalen. Feit is echter dat de Terschellinger Hillebrandsz de eerste zeeman was die Sint-Petersburg binnenvoer, maar dat het de Hindeloopers waren die met de held aan de haal gingen en er hun volksheld van maakten, zijn naam zou Auke Wybesz zijn. In 1804 verscheen deze schippersnaam het eerst in het boek ‘Rusland beschouwd’ van Pieter van Woensel. Hij zette er wel bij dat hij zich meende te herinneren dat het Auke Wybesz was die de havenprimeur had gehad. Een paar jaar later was het mr. Jacobus Scheltema die opnieuw deze naam noemde, waardoor hij steeds opnieuw opdook in publicaties. Scheltema had zelfs contact met de vrouw die een kleindochter van Auke Wybesz zou zijn, maar in plaats dat hij op zoek ging naar feiten en onderzocht of de herinnering van Van Woensel en daarmee de het verhaal rond Wybesz juist was, fantaseerde hij erop los, misschien geholpen door zijn broer Paulus, die in de volksmond zelfs ‘Paulus liger’ genoemd werd. En zo werden de feitelijke avonturen van Hillebrandsz voortaan toegeschreven aan Wybesz.

Pas in 1982 viel de fictieve held van zijn sokkel, toen de Hindelooper historicus Gosse Blom en zijn collega Fred Spits in het stadsarchief van Amsterdam de overduidelijke bewijsstukken vonden dat niet Wybesz, maar de Terschellinger Jan Hillebrandsz de eerste schipper was geweest die de haven van St. Petersburg had bezocht. Wel waren er twee Hindelooper schippers, Pieter en Wybrand Wiebes, die een connectie hadden met de Russische havenstad. Auke komt echter in geen enkel register voor. Desalniettemin omarmde Hindeloopen de fictieve zeeheld. In 2004 werd er in Museum Hindeloopen een permanente expositie over Wybesz geopend en het plaatselijke zeemanskoor ontleende zijn naam aan de vermeende zeeman.

En hoe zit het dan met Hillebrandsz? Deze ware zeeheld neemt niet zo’n grote plek in op het eiland als de fictieve Wybesz in Hindeloopen. Wel is hij door Richard van der Veen gered uit de vergetelheid, door zijn verhaal te vertellen in het boek ‘Sprookjes & Sagen van Terschelling’. Hoewel de boektitel anders doet vermoeden, is het verhaal, wat ook vertelt hoe het verder ging met Hillebrandsz, zijn vriendschap met de tsaar dus wel degelijk gebaseerd op feiten.
Hillebrandsz was niet de enige Terschellinger zeeman wiens avonturen zich toegeëigend werden door een andere plaats in Nederland. Maar daarover een andere keer meer.

Bronnen:
-Een Hindelooper legende, door Jan de Vries, artikel uit Historisch tijdschrift Fryslân, 2016, nr. 1
-Sprookjes & Sagen is verkrijgbaar bij de boekhandels op Terschelling, in ’t Behouden Huys en via onze webwinkel:
https://webwinkel.behouden-huys.nl

Illustratie: Irina Filtzer
Tekst: Nienke Meijvogel-Blom