Twee emmertjes water halen

Twee emmertjes water halen

Mijn keukenkraan is kapot. Hij heeft geen schuld, 30 jaar lang voorzag hij mij van water, maar als ik hem nu aanzet, loopt het water het keukenkastje in. Niet doen dus. Een nieuwe is besteld, bijna dezelfde, maar helaas zit er een levertijd van een maand op. Dat betekent dus, dat ik voortdurend met emmers, gieter en een karaf, water in de badkamer moet halen. Dat is best te doen, tot de tijd rond het avondeten. Koken, je handen wassen, een vette pan afspoelen, de honden vers water geven, afwassen (ik heb geen vaatwasser), de kookplaat schoonmaken, de wasbak even naspoelen…Dan merk je pas hoe vaak je water nodig hebt.

Het is allemaal zo vanzelfsprekend. Je draait de kraan open en je hebt water. Maar hoe lang is dat eigenlijk al zo? Pas in 1959, dus 63 jaar geleden, was heel Terschelling aangesloten op het openbare drinkwaternet. Al rond 1900 werd er door diverse instanties gepleit voor een betere drinkwatervoorziening op het eiland. Het water uit de welputten is van slechte kwaliteit en in de droge zomers is zuiver drinkwater schaars. Het duurt lang voor alle neuzen één kant op staan. Buurtschappen, de kerken, de gemeenteraad, de huisarts, de gasfabriek en de hier aanwezige marine bemoeien zich ermee. Voortdurend zijn er plannen voor pompen, putten en diepboringen, maar is de ene partij voor, dan is de andere weer tegen en zo blijft het behelpen. Het is moeilijk voor te stellen dat de dorpen het met 1, hooguit twee openbare pompen of putten moeten doen. De watervoorzieningen die er wel zijn, hebben ook een sociale functie. Er wordt niet alleen water gehaald, maar ook de laatste nieuwtjes uitgewisseld. ’s Avonds is het een verzamelpunt voor de eilander jeugd, helaas komt dit de pompen niet altijd ten goede. Ook in die tijd is al sprake van baldadigheid en vandalisme.

Uiteindelijk wordt dan in 1959 het pompstation aan de Sportlaan feestelijk geopend. Voor die tijd waren er wel al veel huishoudens aangesloten op het waternetwerk van de gasfabriek en enkele tientallen op die van de marine. Maar vanaf 1959 krijgt iedereen water van dezelfde ‘bron’. Omdat er mede door de sterke opkomst van het toerisme steeds meer water nodig is, teveel om te onttrekken aan het eilander duingebied, komt er in 1979 ook nog een ‘wadleiding’, van de Grië richting Zwarte Haan.

Nu we van alle gemakken voorzien zijn is het moeilijk voor te stellen hoe zwaar het runnen van een huishouden vroeger was. Voortdurend gezeul met emmers van de pomp naar huis. En in het geval dat het huis een boerderij was, ook naar de beesten. De uitdrukking: ‘Loop naar de pomp’, tegen iemand die je liever kwijt bent is als je erover nadenkt ook heel logisch. Iemand die naar de pomp moest lopen was wel een tijdje uit je gezichtsveld.

De komst van het waternetwerk maakte het natuurlijk al een stuk gemakkelijker. Maar ook in de jaren ’50 viel het huishoudelijk werk niet mee. Denk alleen al aan de was. Grote gezinnen, katoenen luiers en geen wasmachines en droogtrommels. In de jaren ’40 kwamen de eerste elektrische wasmachines, die bestonden uit een grote ketel waarin de was weliswaar wel omgewenteld werd, maar die nog wel emmer voor emmer gevuld moest worden en waar het vuile water later weer afgetapt moest worden. De schone was werd door de wringers boven de ketel gehaald en ging vervolgens in een aparte centrifuge, voor het op de lijn kon worden gehangen. Heel lang geleden? Voor mijn gevoel niet, want ik heb het nog bewust meegemaakt dat mijn moeder zo de was deed en die typische wasserettedamp in de keuken hing.
En niet alleen de was moest schoon, maar de mensen zelf ook. De douche? Die kwam pas grootschalig in de Nederlandse badkamers in de jaren ’60. Op zaterdagavond was het tijd voor de tobbe. Degene die het laatst aan de beurt was, badderde in een lauw sopsoepje van zijn voorgangers.

En nu? We hebben prima drinkwater, maar voor velen is het nog niet goed genoeg. En zo sjouwen we opnieuw met water, in plastic flesjes, vanuit de supermarkt naar huis. Die mensen van vroeger, ze zouden hun ogen niet geloven. We stoppen de was in de wasmachine, drukken op een knopje en even later halen we het er schoon uit. We stappen onder de douche en in bad wanneer we maar willen. En er zijn zelfs bofkonten, zoals ik, die met één druk op de knop automatisch hun hele tuin kunnen sproeien. Maar ja, water in de keuken, dat heb ik dan voorlopig niet. Maar mocht ik mezelf zielig gaan vinden dan kijk ik gewoon even naar de foto van mijn naamgenote. Voor haar was twee emmertjes water halen tenslotte heel gewoon.

Tekst: Nienke Meijvogel-Blom
Op de foto: Nienke van Hille Zorgdrager